Schaduw

8 mei 1999
3 minuten leestijd
345 gelezen

Een half uur te laat bel ik aan. De koffie geurt al door het huis als Ice Tease me binnen laat. Half tien, zaterdagochtend. Rode randjes in zijn vermoeide ogen. Een ongeschoren, bestoppelde kin waar stiekem grijze haartjes door heen schemeren. Een brede en lieve glimlach voor mij.

Ik neem zijn verwilderde uiterlijk in me op en vraag me onmiddellijk af waarom hij zo gespannen is. Even schiet er twijfel door me heen. Ik schud het van me af als een eendje de waterdruppels en babbel vrolijk terwijl ik mijn tas neer mik, hem de foto’s overhandig en koffie inschenk.

 

Hij duikt onder de douche nog voordat ik met de kopjes de kamer binnen kom en ik frons in het voorbij gaan tegen mijn spiegelbeeld. Schoon maar nog steeds ongeschoren en in een bonte outfit komt hij naast me op de bank zitten. Onderweg naar hem toe was ik me hevig bewust van onze afspraak dat iedere minuut die ik te laat zou komen, me vijf zweepslagen op zou leveren, maar de angst voor straf is als sneeuw voor de zon gesmolten met de eerste blik op zijn gezicht.

Een beetje onzeker kijkt hij me aan als hij vertelt dat hij ’s middags nog even weg moet. Verdediging in zijn stem als hij zegt dat hij dit wil doen. Een beetje triest vraag ik me af of hij bang is dat mijn begrip voor de situatie verdwijnen zal. Ik glimlach en zeg dat het prima is. Dat ik in die tijd lekker met onze foto’s en de scanner aan het knoeien ga.

 

Er ligt een schaduw over de ochtend en het begin van de middag. Hij komt ge�rriteerd terug van een paar snelle boodschappen in het winkelcentrum die veel meer tijd in beslag namen dan waar hij op gerekend had. De spanning voor het komende ziekenbezoek bouwt zich meer en meer op. Deze rusteloosheid in hem ken ik niet. Ik weet ook niet zo goed wat ik er mee aan moet en laat het maar even gaan.

 

Zijn voorstel om samen een lekkere lange en hete douche te gaan nemen en uitgebreid te poedelen verwelkom ik met een zucht van verlichting. Ondeugend bedenk ik dat ik wel een paar remedies in mijn koker heb die ontspanning bewerkstelligen. Onder de waterstralen begin ik zijn droge huid met olie te masseren. De druppels blijven nu op zijn gebruinde huid liggen en het lijkt alsof hij zo van het strand komt. Ik zink op mijn knie�n om de lagere regionen van zijn lichaam te behandelen en voorzichtig neem ik hem in mijn mond terwijl mijn handen hem sloom strelen. De badkamer vult zich met stoom, water en onze genietende zuchtjes.

 

Zodra hij een paar uur later de deur uitstapt, grijp ik naar een emmer en begin in hoog tempo het huis onder handen te nemen. Ik sop de kasten en het meubilair, vervang opgebrande kaarsen en wierook voor nieuwe, trek een stofzuiger door de kamer en de keuken, vul de afwasmachine en dweil de keuken. Vlak voordat hij terug komt biedt het huis een gezellige en opgeruimde aanblik en is ook daar de sfeer van ”dingen moeten’ verdwenen.

Ik zit quasi ge�nteresseerd achter de computer te werken als hij binnenkomt en ik zijn enthousiaste kreten hoor. Met vertedering kijk ik naar zijn blije en opgetogen gezicht. De laatste restjes spanning zijn verdwenen en hier zie ik weer de levenslustige, vrolijke en evenwichtige man waar ik van houd. Hij struikelt haast over zijn woorden. Vertelt me zijn laatste belevenissen. Vertelt me hoe heerlijk hij het vindt om zo thuis te komen. Schenkt een borrel in. We nestelen ons in de kamer, proosten en praten. Het weekend is begonnen.

 

DigiGigi
Vorig artikel

Spiegeltje, spiegeltje

DigiGigi
Volgend artikel

Tongen van vuur