Acceptatie versus berusting

23 oktober 2001
7 minuten leestijd
371 gelezen

In de afgelopen nacht werd ik wakker van zijn stem in mijn droom. ‘Acceptatie en berusting zijn niet hetzelfde’ weerklonk het in mijn hoofd, en toen was ik klaarwakker in het holst van de nacht. Het is op 31 oktober aanstaande precies twee jaar geleden dat hij me verliet, en misschien ben ik in de afgelopen maanden inderdaad niet verder gekomen in mijn verwerkingsproces dan bij het punt waarop ik heb geleerd te berusten in het feit dat hij niet langer deel van mijn leven uitmaakt. Misschien kwelt het verdriet me nog steeds, omdat ik ondanks al mijn goede wil, nog steeds niet heb geaccepteerd dat hij me in de steek heeft gelaten.

Als ik er dieper over nadenk, dan moet ik mezelf bekennen, dat ik het moeilijk vind om iets te accepteren dat ik niet begrijp. In het geval van TZ denk ik het te begrijpen, maar ik weet het niet zeker omdat we het er nooit over hebben gehad. Ik zit met allemaal losse eindjes in mijn handen, en met talloze vragen. Op een dieper niveau durf ik mijn gedachten omtrent zijn beweegredenen ook niet voor de enige waarheid aan te nemen. Ik was zo zeker van zijn liefde voor mij. Zijn abrupte en harde afscheid heeft mijn wereld op zijn kop gezet, en ik vind het maar een moeilijk en moeizaam proces om weer op mijn gevoel te leren vertrouwen. Zijn daden bewijzen het ongelijk van mijn gevoel, althans in de meest rationele benadering van de gebeurtenissen. Wanneer ik alleen maar mijn gevoelens en instincten laat spreken, dan ben ik er zo zeker van dat ik het niet mis heb. Maar ik kan mijn ratio niet uitschakelen. En dus steken al mijn twijfels en vragen telkens opnieuw de kop op, en weet ik nog steeds niet precies waar ik sta en waarnaar ik onderweg ben.

 

De laatste weken ben ik erg rusteloos. Ik vul mijn dagen met werk, met ontmoetingen met vrienden en demp mijn alleen-zijn met bezoeken aan het cafe, omdat ik niet altijd naar mijn ziel wil luisteren. Ik heb nog steeds geen 100% zekerheid of mijn nieuwe woning in Oud Zuid doorgaat, en dat maakt me angstig. In mijn ergste nachtmerries sta ik per december op straat, zonder toevluchtsoord. Het huis in het centrum voelt niet meer als een thuis, nu ik weet dat ik het moet verlaten, en ik voel me weer onveilig. Grappig genoeg is het gevoel van onveiligheid ook aan veranderingen onderhavig. Sinds mijn vroege jeugd durfde ik niet in het donker te slapen, en alleen bij TZ voelde ik me daarin volkomen veilig. Maar sinds ik het contact met MR heb verbroken, schrikt het donker me niet meer af en nu is het zelfs zo, dat ik na enkele uren wakker word wanneer ik in slaap ben gevallen met het licht, – en meestal de televisie ook-, nog aan. En toen ik een aantal weken geleden een paar dagen op de drie kinderen van JT pastte, terwijl zij in het buitenland vertoefde, kwam het niet eens bij me op, om bang in haar huis te zijn. Nog niet zo lang geleden zou ik me helemaal niet op mijn gemak voelen op een andere plek, maar door al dat verhuizen en verkassen voel ik me al snel ergens thuis. En och, hoe kan ik me in de omgeving van JT niet thuisvoelen…

 

Afgelopen zondag vierden we de verjaardag van haar oudste zoon, JRR. Hij werd elf, en het gezelschap bestond uit zes volwassenen, – brrr, ik vind het nog steeds lastig om mezelf als volwassene te zien en niet als meisje-, en drie kinderen. Het was een genoegelijke namiddag en avond, met rode wijn, hapjes en een verrukkelijke Indonesische maaltijd. Na het eten verzandde het gesprek in eindeloze discussies over politiek en de ‘oorlog tegen terrorisme’. Ik kon mijn aandacht er al gauw niet meer bijhouden, omdat het feitelijk te ver van mijn bed is. Ik ben meer geinteresseert in hoe iedereen er op zijn of haar persoonlijke manier mee omgaat, en welke angsten en gevoelens het boven brengt, dan in de grote lijnen, waarover ik toch alleen maar kan speculeren en waarover ik geen enkele controle kan uitoefenen. Ik voor mij hoop dat dit alles de mensen tot meer bewustzijn brengt en dat de verschillende culturen elkaar beter leren verstaan. Als er iemand langs komt vliegen die een lading dodelijk gas loslaat, dan kan ik daar toch niets aan veranderen. Het enige dat die gedachte met me doet, is me bewust maken van alles dat ik nog in dit leven zou willen doen en ervaren. Wezenlijke angst heb ik niet voor mogelijke terrostische aanslagen. Het lijkt me verschrikkelijk om op dit punt in mijn leven al te moeten sterven, maar aan de andere kant vraag ik me ook vaak af, of al mijn inspanningen om mijn levensfilosofie te leven, in een andere wereld en in een andere dimensie niet lachwekkend zullen zijn.

 

Ik zou in staat willen zijn om me meer te onthechten van het aardse. Ik denk vaak, dat ik me zo druk maak om zaken die er werkelijk niet toe doen. Mannen en hun gedoe bijvoorbeeld. Maar ook mijn eigen stemmingen. Ik ben al een poosje niet in een echt goed humeur. Er is vrij veel dat me dwars zit, – het feit dat ik nauwelijks rond kan komen van mijn salaris met die idioot hoge lasten en de laatste tien dagen van de maand altijd op een houtje bijt, de verhuiskwestie die maar niet rond komt en de behoefte aan mijn eigen plek, mijn spullen in de opslag, weer een basis creeren, waarin ik maar niet slaag. Ik heb te veel achter de computer gezeten de laatste weken, want mijn rug en schouders doen nu voortdurend pijn, en in die zin mis ik MR, die er, hoe afstandelijk en plichtmatig zijn aanrakingen ook, wel altijd in slaagde om de ergste pijn weg te nemen.

Ik wil duizend dingen op hetzelfde moment; een reek artikelen schrijven over wicca en mijn positie daarin, eindelijk dat boek eens schrijven, ik heb ideeen voor tientallen websites, ik wil mezelf een paar nieuwe programma’s eigen maken, ik heb een hele lijst van boeken die ik nog wil lezen, ik wil veel meer muziek luisteren, nieuwe recepten uitproberen, weer eens een feestje of een dineetje geven, maar ik kom bijna nergens aan toe. Zeker niet nu ik telkens de deur uitren in mijn vrije momenten omdat ik me niet meer thuis voel in mijn huis. Dus wandel ik erg veel in het weekend. Van adres naar adres, even op bezoek bij RA in zijn atelier in de Jordaan, een boek kopen, even naar kantoor om email te lezen, een wijntje drinken bij JT of JW, vis kopen op de Lindenmarkt en zo door. Vaak ga ik op zaterdag rond het middaguur de deur uit en strompel pas diep in de nacht weer binnen.

 

Ik heb deze week een afspraak met PW. Hij reageerde een poos geleden op een advertentie van mij, waarin ik woonruimte in Amsterdam zocht. We roepen al weken dat we eens iets gaan drinken, en nu hebben we dan een avond in Duende, waar ik onlangs de website voor maakte www.cafeduende.nl, geprikt. Hij is een collega webdesigner bij een van de grootste buro’s in Amsterdam, en om gespreksonderwerpen zullen we vast niet verlegen zitten. Ik ben drukdoende om mijn netwerk uit te breiden; ik merk hoe lastig het is om in een stad als deze te wonen zonder er je roots te hebben. Ik heb geen oude vrienden of familie hier, alleen maar nieuwe vrienden en vage kennissen. JT is de eerste bij wie ik zo maar binnen kan vallen, en omdat ik dat prettig vind, merk ik hoe diepgeworteld bepaalde gewoontes zitten. Het stoort me nog steeds dat ik altijd afspraken moet maken met mensen, in tegenstelling tot mijn geboortegrond, waar je gewoon even langsfietste, en als het niet uitkwam, dan ging je weer. In die tijd was mijn huis echt de ‘ Zoete Inval’, en hoewel ik nu meer gesteld ben op mijn privacy dan toen, wens ik me af en toe dat mijn vrienden iets makkelijk zomaar aan kwamen wippen dan ze nu doen. Ik wil weer meer spanning en avontuur in mijn leven. Af en toe voel ik me een dorstende in de woestijn, maar als ik mezelf vraag, wat ik nodig heb om dat stukje leegte op te heffen, dan is het antwoord altijd een naam….

 

 

DigiGigi
Vorig artikel

Gedumpt

DigiGigi
Volgend artikel

Preuts