Psycho-educatie: niet zonder slag of stoot

12 februari 2020
3 minuten leestijd
482 gelezen

Ik ben begonnen met psycho-educatie. Ik doe dat grotendeels online want ik wil zo min mogelijk naar het Leo Kannerhuis. Als ik met tram ga, dan kom ik overprikkeld en geagiteerd aan. Op de fiets is al een tijd geen optie meer omdat ik mijn motoriek niet vertrouw, en het verkeer veel te onoverzichtelijk en chaotisch vind. Ik heb weinig zin om de statistieken over de gemiddelde levensverwachting van autisten te bevestigen. Voor de benenwagen is het te ver en een taxi kan ik me niet veroorloven. En dat is alleen nog maar de trip ernaar toe.

Het pand is een verschrikking. De wachtkamer is een open ruimte bij de voordeur, en dient ook als personeelskeuken en kopieerhok. Dus lopen allerlei mensen voortdurend in en uit. Er is een heleboel lawaai en vanaf het plafond schittert de verlichting je tegemoet. Daar zit je dan met je zintuiglijke problematiek. Het is een typisch modern kantoorpand met te lage plafonds en hokkerige kantoren met dunne wanden. In de tijd dat ik de banen nog voor het oprapen had, weigerde ik pertinent om in dit soort gebouwen te werken. Nu begrijp ik eindelijk waarom dat me zo enorm tegenstond en paniekerig maakte.

Het Leo Kannerhuis is ingericht voor neurotypischen om in te werken, en niet voor de autisten die daar tijd door moeten brengen. Datzelfde gevoel heb ik over de therapie. Die is opgezet vanuit de agenda van de werknemer, niet de klant. Het kostte belachelijk veel moeite om mijn psycholoog ervan te overtuigen dat ik mijn psycho-educatie hoofdzakelijk online thuis wil doen. En gesprekken ofwel hier thuis ofwel telefonisch omdat ik dan minder afgeleid ben en me beter op de informatie kan concentreren. Ik zie het nut niet van gesprekken op locatie als ik al overprikkeld aankom en daar dan met nog meer zintuiglijke aanvallen van geluid, licht en mensen te kampen krijg. Ik neem in zo’n sessie nog maar weinig op, en eenmaal thuis stort ik in. Ik krijg meestal hoofdpijn van de spanning, en het kost soms wel tot drie volle dagen voordat de mist in mijn hoofd weer is opgetrokken. Die dagen komt er niets uit mijn handen. Ik kan me nergens op concentreren en ik val om de haverklap in slaap om de spanning weg te werken.

Psycho-educatie

Een paar weken later dan gepland, kreeg ik eindelijk toegang tot de online omgeving en kon ik aan de eerste module beginnen. Dat viel net rond mijn 50ste verjaardag en omdat ik twee sociale afspraken had, en ik verwachtte dat het een intens proces zou zijn, begon ik week na mijn verjaardag. Maar de eerste sessie bestond uit een handjevol simpele basisvragen. Hoe oud ben je? Heb je een brugpersoon? Wat zijn je dagelijkse bezigheden? Welke mensen zijn belangrijk voor je? Dat eerste deel had ik binnen tien minuten gedaan. Druk op de knop en door naar deel twee. Nou nee dus. Ik kon niet verder met het volgende deel omdat mijn psycholoog akkoord op deel een moest geven. En dat deed ze 12 dagen later pas. Het gebrek aan controle over dit proces frustreert me. Ik wil in mijn eigen tempo kunnen werken.

Ik heb een diagnose waar ik nog geen grip op heb. En tot ik dat wel heb, sta ik stil en kom ik niet verder. Mijn hele leven staat in het teken van zelfanalyse van mijn gedrag en ervaringen. Door mezelf onder een vergrootglas te leggen en minutieus te onderzoeken en te beschrijven, kom ik verder. Dat is hoe ik liefdesverdriet en de dood van geliefden te boven kom, hoe ik van banen en beroepen wissel, en mezelf bij mijn lurven omhoog trek als ik weer eens op mijn snufferd ben gegaan. Ik ben altijd mijn eigen grootste inspiratiebron geweest, en vind niets en niemand interessanter dan mezelf als onderwerp om over te leren en te schrijven. En nu zit er neurotypische dertiger aan de knoppen die mijn tempo bepaalt. Om gillend gek van te worden.

Hulp bij autisme

Vorig artikel

Naar de diagnose

Volgend artikel

Lezen als herstelmechanisme